Mijn zeer gewaardeerde vrouwelijke collega's zullen zich net als ik nooit in een slachtofferrol wentelen, daarvoor zijn we te fier en zelfs een beetje te macho in deze klassieke mannenwereld. Maar het stoot me tegen de borst, dat anno 2019 nog steeds jong afgestudeerde vrouwelijke orthopedisten erg veel moeite ondervinden om een kans te krijgen op de 'arbeidsmarkt'. Ik hekel dit woord in de geneeskunde, maar het is en blijft voorlopig een bittere realiteit in onze gezondheidszorg. Tenslotte zijn we - op enkele uitzonderingen na -- afhankelijk van een zelfstandigenstatuut en prestatiegeneeskunde.

Het stoot me tegen de borst dat vrouwelijke orthopedisten het moeilijker hebben op de arbeidsmarkt

Historisch en mogelijk ook genetisch, is de orthopedie een mannenwereld bij uitstek in de geneeskunde. We moeten er bovendien niet flauw over doen: het is ook een redelijk lucratieve 'tak'. Een machowereld, waarbij hamer en beitel stoer worden gebezigd en hoe grover dit werk, ook beter worden bezoldigd. Dit weerspiegelt zich in onze nomenclatuur, waarin de 'grote' verbouwingswerken klassiek heel wat meer erkenning genieten dan de fijnere snit- en naadkunsten.

Het eenzijdig mannelijke bastion van steeds groeiende associaties bestaande uit hardwerkende orthopedisten, veelal historisch met ondersteunende vrouwen aan de haard, wordt stilaan doorbroken door een toenemend aantal vrouwelijke exemplaren. Minstens even hardwerkend, mede gezien de uitdagende selectieprocedure en het nog steeds eerder exceptionele karakter.

De weerstand is echter niet min. De argwaan primeert. Maar is er ook sprake van echt seksisme? Het lijkt er soms in elk geval erg sterk op. Ik deel graag enkele anekdotes. Ze stapelen zich nog elk jaar op? Niemand komt er graag voor uit, maar de waarheid moet gezegd worden.

Toen op een dag een jonge vrouwelijke collega zich aanbood voor een sollicitatie, kreeg zij onmiddellijk de vraag of zij nog kinderen wilde, hoeveel en wanneer. Met de subtiele vermelding dat dit een probleem zou zijn.

Een andere collega, die wel aangenomen werd, kreeg onmiddellijk commentaar op elke ingreep die ze deed en mocht daarbij zelfs incasseren at "ze nooit een vrouw hadden mogen aannemen".

Nog een collega werd zwanger (oeps). In plaats van enige gelukswensen, drukten de collega's maandenlang enkel hun ongenoegen uit over de gevolgen op de werkverdeling die niet te overzien zouden zijn. Verschillende mannelijke collega's lieten me weten dat vrouwelijke sollicitanten enkel tijd zouden verliezen: het mannelijke bastion zou in hun associatie nooit worden doorbroken. Vrouwen maken enkel ruzie.

Als ik pols naar enige interesse voor een nieuwe collega in een associatie, zeg ik er liefst het geslacht niet bij. Dan kan ze zich tenminste nog presenteren (want anders wordt toch al gezegd dat er geen plaats is).

Ik kan enkel getuigen dat ik minstens even goede, misschien zelfs betere en niet zelden uitmuntende vrouwen de opleiding heb weten te voltooien

Eens een sollicitatieprocedure is ingezet, heb ik nog nooit een vrouw weten te 'winnen' als er ook een man in de running is. Zelfs niet bij een verhouding 3 op 4. Anekdotes die dit tegenspreken zijn zeker welkom, maar ik vrees dat ze nog geschreven moeten worden.

En dit is fout. Want zonder tegen-seksistisch te willen zijn, kan ik enkel getuigen dat ik zelf minstens even goede, misschien zelfs betere en niet zelden uitmuntende vrouwen de opleiding heb weten te voltooien. Zeer toegewijd, handig, sterk en bijzonder intelligent. Met een enorme teamspirit en een bijzondere empathie voor de patiënt.

Het stoot me dan ook tegen de borst(en) dat zij het moeilijker hebben op de arbeidsmarkt. Dat zij - eens ze gestart zijn - dubbel hun mannetje zullen moeten staan en met argusogen bekeken worden. Dat zelden naar hen geluisterd zal worden en dat kinderen krijgen beschouwd wordt als een eerder te vermijden kwaad. Dat kleinerende opmerkingen als "u bent nog zo jong" geen steek houden als veel jongere mannelijk beloftes op handen gedragen worden.

Beste collega's, vrouwelijke en mannelijke, ik ben en blijf een optimist. Een nieuwe generatie van geëmancipeerde orthopedisten is in aantocht. Daarvan ben ik helemaal zeker. Aan diegenen die dit nog vrezen, wil ik enkel de boodschap brengen: word volwassen in 2020.

Mijn zeer gewaardeerde vrouwelijke collega's zullen zich net als ik nooit in een slachtofferrol wentelen, daarvoor zijn we te fier en zelfs een beetje te macho in deze klassieke mannenwereld. Maar het stoot me tegen de borst, dat anno 2019 nog steeds jong afgestudeerde vrouwelijke orthopedisten erg veel moeite ondervinden om een kans te krijgen op de 'arbeidsmarkt'. Ik hekel dit woord in de geneeskunde, maar het is en blijft voorlopig een bittere realiteit in onze gezondheidszorg. Tenslotte zijn we - op enkele uitzonderingen na -- afhankelijk van een zelfstandigenstatuut en prestatiegeneeskunde. Historisch en mogelijk ook genetisch, is de orthopedie een mannenwereld bij uitstek in de geneeskunde. We moeten er bovendien niet flauw over doen: het is ook een redelijk lucratieve 'tak'. Een machowereld, waarbij hamer en beitel stoer worden gebezigd en hoe grover dit werk, ook beter worden bezoldigd. Dit weerspiegelt zich in onze nomenclatuur, waarin de 'grote' verbouwingswerken klassiek heel wat meer erkenning genieten dan de fijnere snit- en naadkunsten. Het eenzijdig mannelijke bastion van steeds groeiende associaties bestaande uit hardwerkende orthopedisten, veelal historisch met ondersteunende vrouwen aan de haard, wordt stilaan doorbroken door een toenemend aantal vrouwelijke exemplaren. Minstens even hardwerkend, mede gezien de uitdagende selectieprocedure en het nog steeds eerder exceptionele karakter. De weerstand is echter niet min. De argwaan primeert. Maar is er ook sprake van echt seksisme? Het lijkt er soms in elk geval erg sterk op. Ik deel graag enkele anekdotes. Ze stapelen zich nog elk jaar op? Niemand komt er graag voor uit, maar de waarheid moet gezegd worden. Toen op een dag een jonge vrouwelijke collega zich aanbood voor een sollicitatie, kreeg zij onmiddellijk de vraag of zij nog kinderen wilde, hoeveel en wanneer. Met de subtiele vermelding dat dit een probleem zou zijn. Een andere collega, die wel aangenomen werd, kreeg onmiddellijk commentaar op elke ingreep die ze deed en mocht daarbij zelfs incasseren at "ze nooit een vrouw hadden mogen aannemen". Nog een collega werd zwanger (oeps). In plaats van enige gelukswensen, drukten de collega's maandenlang enkel hun ongenoegen uit over de gevolgen op de werkverdeling die niet te overzien zouden zijn. Verschillende mannelijke collega's lieten me weten dat vrouwelijke sollicitanten enkel tijd zouden verliezen: het mannelijke bastion zou in hun associatie nooit worden doorbroken. Vrouwen maken enkel ruzie. Als ik pols naar enige interesse voor een nieuwe collega in een associatie, zeg ik er liefst het geslacht niet bij. Dan kan ze zich tenminste nog presenteren (want anders wordt toch al gezegd dat er geen plaats is). Eens een sollicitatieprocedure is ingezet, heb ik nog nooit een vrouw weten te 'winnen' als er ook een man in de running is. Zelfs niet bij een verhouding 3 op 4. Anekdotes die dit tegenspreken zijn zeker welkom, maar ik vrees dat ze nog geschreven moeten worden.En dit is fout. Want zonder tegen-seksistisch te willen zijn, kan ik enkel getuigen dat ik zelf minstens even goede, misschien zelfs betere en niet zelden uitmuntende vrouwen de opleiding heb weten te voltooien. Zeer toegewijd, handig, sterk en bijzonder intelligent. Met een enorme teamspirit en een bijzondere empathie voor de patiënt. Het stoot me dan ook tegen de borst(en) dat zij het moeilijker hebben op de arbeidsmarkt. Dat zij - eens ze gestart zijn - dubbel hun mannetje zullen moeten staan en met argusogen bekeken worden. Dat zelden naar hen geluisterd zal worden en dat kinderen krijgen beschouwd wordt als een eerder te vermijden kwaad. Dat kleinerende opmerkingen als "u bent nog zo jong" geen steek houden als veel jongere mannelijk beloftes op handen gedragen worden.Beste collega's, vrouwelijke en mannelijke, ik ben en blijf een optimist. Een nieuwe generatie van geëmancipeerde orthopedisten is in aantocht. Daarvan ben ik helemaal zeker. Aan diegenen die dit nog vrezen, wil ik enkel de boodschap brengen: word volwassen in 2020.