Al sinds 2013 is er een nomenclatuurnummer waarmee specialisten inwendige geneeskunde een 'second opinion' kunnen formuleren. De vergoeding hiervoor bedraagt 90,13 euro. Dat stelt dokter Reinier Hueting, voorzitter van het Algemeen Syndicaat.
Dokter Hueting reageert daarmee op verschillende berichten gedurende het afgelopen weekend. Eerst raakte bekend dat het UZ Gent 58,86 euro extra aanrekent voor ingewikkelde dossiers en voor een 'second opinion'. En het Universitair Ziekenhuis van Antwerpen voerde recent een tarief van 165 euro in om overconsumptie van onderzoeken tegen te gaan. Het tarief wordt wel slechts zelden toegepast en het is geen supplement want het wordt grotendeels terugbetaald.
Geen meerkost
Ook het UZ Brussel deed zijn duit in het zakje. Dat ziekenhuis liet weten ook wel 'second opinions' te verstrekken maar daarvoor geen meerkost aan te rekenen. Het heet dat het UZ Brussel "de toegankelijkheid van de zorg en het eigen initiatief van de patiënt niet wil inperken." Brussel beaamt wel dat dit meer tijd kost dan een normale raadpleging. "De oplossing is een aanpassing van de nomenclatuur, eerder dan door de patiënt extra kosten aan te rekenen," aldus het UZ Brussel dat dus een aangepaste vergoeding bepleit voor consultaties naar aanleiding van een 'second opinion'.
Voor minister van sociale zaken en volksgezondheid Maggie De Block (Open VLD) is een tweede opinie echter gewoon een nieuwe consultatie. Daarvoor geldt dus het normale tarief. Er mogen geen extra kosten voor aangerekend worden. De 'zaak' ingewikkelde dossiers ging de minister onderzoeken.
Algemeen Syndicaat
Blijkbaar zijn noch de universitaire ziekenhuizen noch de bevoegde minister goed op de hoogte van wat de -toegegeven ingewikkelde- nomenclatuur allemaal dekt. Het ASGB kwam bij monde van voorzitter Reinier Hueting op de proppen met nomenclatuurnummer 102955 ('Eerste raadpleging in de spreekkamer door een geneesheer-specialist in de inwendige geneeskunde, met analyse op basis van de bestaande elementen uit het medisch dossier van een patiënt met complexe pathologie zonder duidelijke diagnose en met onvoldoende behandelingsresultaat'). Met dat al bestaande nummer kunnen specialisten inwendige geneeskunde tegen een vergoeding van 90,13 euro een 'second opinion' aanrekenen. Dokter Luc De Clercq (Bvas) voegt hier wel aan toe dat dit nomenclatuurnummer heel specifiek is en bedoeld voor de intake van een complexe casus. "Destijds werd het hiervoor geconcipieerd en ook als opwaardering voor de algemeen internisten. Het gaat niet noodzakelijk over een second opinion en het is sowieso erg beperkt," aldus De Clercq.
Dokter Hueting reageert daarmee op verschillende berichten gedurende het afgelopen weekend. Eerst raakte bekend dat het UZ Gent 58,86 euro extra aanrekent voor ingewikkelde dossiers en voor een 'second opinion'. En het Universitair Ziekenhuis van Antwerpen voerde recent een tarief van 165 euro in om overconsumptie van onderzoeken tegen te gaan. Het tarief wordt wel slechts zelden toegepast en het is geen supplement want het wordt grotendeels terugbetaald.Ook het UZ Brussel deed zijn duit in het zakje. Dat ziekenhuis liet weten ook wel 'second opinions' te verstrekken maar daarvoor geen meerkost aan te rekenen. Het heet dat het UZ Brussel "de toegankelijkheid van de zorg en het eigen initiatief van de patiënt niet wil inperken." Brussel beaamt wel dat dit meer tijd kost dan een normale raadpleging. "De oplossing is een aanpassing van de nomenclatuur, eerder dan door de patiënt extra kosten aan te rekenen," aldus het UZ Brussel dat dus een aangepaste vergoeding bepleit voor consultaties naar aanleiding van een 'second opinion'. Voor minister van sociale zaken en volksgezondheid Maggie De Block (Open VLD) is een tweede opinie echter gewoon een nieuwe consultatie. Daarvoor geldt dus het normale tarief. Er mogen geen extra kosten voor aangerekend worden. De 'zaak' ingewikkelde dossiers ging de minister onderzoeken.Blijkbaar zijn noch de universitaire ziekenhuizen noch de bevoegde minister goed op de hoogte van wat de -toegegeven ingewikkelde- nomenclatuur allemaal dekt. Het ASGB kwam bij monde van voorzitter Reinier Hueting op de proppen met nomenclatuurnummer 102955 ('Eerste raadpleging in de spreekkamer door een geneesheer-specialist in de inwendige geneeskunde, met analyse op basis van de bestaande elementen uit het medisch dossier van een patiënt met complexe pathologie zonder duidelijke diagnose en met onvoldoende behandelingsresultaat'). Met dat al bestaande nummer kunnen specialisten inwendige geneeskunde tegen een vergoeding van 90,13 euro een 'second opinion' aanrekenen. Dokter Luc De Clercq (Bvas) voegt hier wel aan toe dat dit nomenclatuurnummer heel specifiek is en bedoeld voor de intake van een complexe casus. "Destijds werd het hiervoor geconcipieerd en ook als opwaardering voor de algemeen internisten. Het gaat niet noodzakelijk over een second opinion en het is sowieso erg beperkt," aldus De Clercq.