De vraag naar een analyse komt van de Interministeriële Conferentie (IMC) Volksgezondheid in augustus 2020 en "is gerelateerd aan het bijzonder hoge aantal overlijdens in woonzorgcentra tijdens de eerste golf. Dat verhoogde aantal overlijdens kan onvoldoende verklaard worden door de infectiekenmerken van het coronavirus, die maken dat overwegend ouderen met een kwetsbare gezondheid aan hun infectie stierven. Er moeten dus ook andere elementen een rol hebben gespeeld."

Voor de experts van Amnesty International is er geen twijfel. In de eerste periode van de covid-19-uitbraak in België (maart-oktober 2020) werden de mensenrechten van bewoners van woonzorgcentra geschonden. "Maar liefst 61,3% van alle sterfgevallen als gevolg van covid-19 in België, dat zijn 6.467 personen, waren bewoners van woonzorgcentra. Men kan aannemen dat er in een aantal gevallen een tekort was aan zorg zoals die verstrekt wordt in ziekenhuizen of beter uitgeruste centra."

Lege ziekenwagens

Een mogelijke verklaring staat in een brief van 17 maart. Daarin dringt de Risk Management Group er bij de ziekenhuizen op aan om zoveel mogelijk bedden vrij te maken. In een omzendbrief van Iriscare stond het als volgt: "dat (de) instelling alleen in geval van strikte noodzaak bewoners naar het ziekenhuis mag sturen (...) Het is belangrijk dat op elk niveau wordt meegewerkt aan het verlichten van de verzadiging in ziekenhuizen, zodat patiënten in kritieke toestand de juiste opvolging en zorg kunnen krijgen." Ziekenwagens die door woonzorgcentra worden opgeroepen, weigeren patiënten mee te nemen van wie ze, terecht of onterecht, denken dat ze weinig overlevingskansen hebben. Op 24 maart wijst Vlaams minister Wouter Beke erop dat ziekenhuizen deze richtlijnen niet kunnen aanwenden om mensen te weigeren die in woonzorgcentra verblijven.

Een betere samenwerking tussen ziekenhuizen en woonzorgcentra had zeker tot betere resultaten geleid' - Jacinthe Dacot

Ongetwijfeld hebben sommige woonzorgcentra meteen ziekenhuisopnames uitgesloten waar ze in andere omstandigheden om zouden hebben gevraagd. Er was een reële angst voor verzadiging van ziekenhuizen en vooral de intensive care. Een situatie die zich uiteindelijk niet zal voordoen -maar die mogelijk heeft geleid tot een verkeerde interpretatie van de prioriteitscriteria zoals die zijn opgesteld door de Belgian Society of Intensive Care Medicine. Ten koste van hoeveel zieke bewoners in woonzorgcentra waar nog altijd geen maskers, ander beschermingsmateriaal en beademingsapparatuur zijn?

'Lasagne'

Hoeveel mensen zullen er uiteindelijk overlijden in woonzorgcentra? Eind mei toont een onderzoek van Artsen Zonder Grenzen een daling aan van de mogelijkheden om ernstige gevallen door te verwijzen naar ziekenhuizen, van 86% naar 57%.

Leidt de Belgische 'institutionele lasagne' tot een dodelijke indigestie? "Onmogelijk te zeggen. Een betere samenwerking tussen ziekenhuizen en woonzorgcentra had zeker tot betere resultaten geleid en dat is de oplossing die wij voor de toekomst bepleiten. Maar het is niet zeker dat een gecentraliseerde besluitvormingsstructuur, in tegenstelling tot de 'lasagne', het mogelijk zou hebben gemaakt om een enkel overlijden te voorkomen. We kunnen het niet met zekerheid zeggen. Aan de andere kant waren de moeilijkheden waarmee deze instellingen tijdens de crisis werden geconfronteerd al aanwezig voor de pandemie en heeft de crisis ze geaccentueerd", zegt Jacinthe Dancot, hoofddocent Volksgezondheidswetenschappen aan de ULiège en co- rapporteur van dit advies.

Om een herhaling van een dergelijke situatie te voorkomen of in ieder geval de impact ervan te verzachten, formuleren de experts van de commissie een reeks functionele aanbevelingen, waaronder een betere opleiding en betere erkenning van het personeel van woonzorgcentra.

Participatie van residenten

Op het gebied van zorgmanagement en het uitrollen van een samenhangend zorgbeleid bevelen deskundigen aan om in woonzorgcentra een interprofessioneel team te vormen met daarin de coördinerend en raadgevend arts, in samenwerking met de huisarts en rekening houdend met de rechten van bewoners (in het bijzonder de vrije keuze van zorgverlener), maar ook op basis van ervaringen in het veld, de inbreng van een geriater, een psychiater, een neuroloog, een tandarts, een psycholoog, een apotheker en een vertegenwoordiger van een palliatief team. Met name de aanwezigheid van een psychiater of psycholoog zou het ook mogelijk maken om te adviseren en bij te dragen aan de opleiding van medewerkers in de geestelijke gezondheidszorg.

In de eerste periode van de covid-19-uitbraak werden de mensenrechten van bewoners van woonzorgcentra geschonden - Amnesty International

Er moet ook werk gemaakt worden van bemiddeling, zegt Jacinthe Dancot. "Mensen die in woonzorgcentra wonen, familieleden en leden van het verplegend en niet-verplegend personeel moeten worden betrokken bij de beslissingen die worden genomen en samen kunnen nadenken over hoe om te gaan met de moeilijkheden die zich voordoen. Zulke participatieve managementmodellen bestaan overigens al."

Tubbe

"Een manier om de situatie te verbeteren, is door te kijken naar ervaringen met participatie, zoals het Zweedse 'Tubbe', een model voor het beheer van verpleeghuizen dat de bewoners centraal stelt bij beslissingen, zowel individueel als collectief. Dat model bestaat al in verschillende Belgische woonzorgcentra", zegt Jacinthe Dancot. "We denken aan een persoon in de instelling die officieel verantwoordelijk zou zijn voor deze taak, om situaties of attitudes te vermijden in strijd met elke beroepsethiek. In die geest zou een onafhankelijke bemiddelaar voor patiëntenrechten verplicht kunnen worden gesteld in woonzorgcentra, zoals dat nu al is in ziekenhuizen en psychiatrische instellingen."

De vraag naar een analyse komt van de Interministeriële Conferentie (IMC) Volksgezondheid in augustus 2020 en "is gerelateerd aan het bijzonder hoge aantal overlijdens in woonzorgcentra tijdens de eerste golf. Dat verhoogde aantal overlijdens kan onvoldoende verklaard worden door de infectiekenmerken van het coronavirus, die maken dat overwegend ouderen met een kwetsbare gezondheid aan hun infectie stierven. Er moeten dus ook andere elementen een rol hebben gespeeld." Voor de experts van Amnesty International is er geen twijfel. In de eerste periode van de covid-19-uitbraak in België (maart-oktober 2020) werden de mensenrechten van bewoners van woonzorgcentra geschonden. "Maar liefst 61,3% van alle sterfgevallen als gevolg van covid-19 in België, dat zijn 6.467 personen, waren bewoners van woonzorgcentra. Men kan aannemen dat er in een aantal gevallen een tekort was aan zorg zoals die verstrekt wordt in ziekenhuizen of beter uitgeruste centra." Een mogelijke verklaring staat in een brief van 17 maart. Daarin dringt de Risk Management Group er bij de ziekenhuizen op aan om zoveel mogelijk bedden vrij te maken. In een omzendbrief van Iriscare stond het als volgt: "dat (de) instelling alleen in geval van strikte noodzaak bewoners naar het ziekenhuis mag sturen (...) Het is belangrijk dat op elk niveau wordt meegewerkt aan het verlichten van de verzadiging in ziekenhuizen, zodat patiënten in kritieke toestand de juiste opvolging en zorg kunnen krijgen." Ziekenwagens die door woonzorgcentra worden opgeroepen, weigeren patiënten mee te nemen van wie ze, terecht of onterecht, denken dat ze weinig overlevingskansen hebben. Op 24 maart wijst Vlaams minister Wouter Beke erop dat ziekenhuizen deze richtlijnen niet kunnen aanwenden om mensen te weigeren die in woonzorgcentra verblijven. Ongetwijfeld hebben sommige woonzorgcentra meteen ziekenhuisopnames uitgesloten waar ze in andere omstandigheden om zouden hebben gevraagd. Er was een reële angst voor verzadiging van ziekenhuizen en vooral de intensive care. Een situatie die zich uiteindelijk niet zal voordoen -maar die mogelijk heeft geleid tot een verkeerde interpretatie van de prioriteitscriteria zoals die zijn opgesteld door de Belgian Society of Intensive Care Medicine. Ten koste van hoeveel zieke bewoners in woonzorgcentra waar nog altijd geen maskers, ander beschermingsmateriaal en beademingsapparatuur zijn? Hoeveel mensen zullen er uiteindelijk overlijden in woonzorgcentra? Eind mei toont een onderzoek van Artsen Zonder Grenzen een daling aan van de mogelijkheden om ernstige gevallen door te verwijzen naar ziekenhuizen, van 86% naar 57%. Leidt de Belgische 'institutionele lasagne' tot een dodelijke indigestie? "Onmogelijk te zeggen. Een betere samenwerking tussen ziekenhuizen en woonzorgcentra had zeker tot betere resultaten geleid en dat is de oplossing die wij voor de toekomst bepleiten. Maar het is niet zeker dat een gecentraliseerde besluitvormingsstructuur, in tegenstelling tot de 'lasagne', het mogelijk zou hebben gemaakt om een enkel overlijden te voorkomen. We kunnen het niet met zekerheid zeggen. Aan de andere kant waren de moeilijkheden waarmee deze instellingen tijdens de crisis werden geconfronteerd al aanwezig voor de pandemie en heeft de crisis ze geaccentueerd", zegt Jacinthe Dancot, hoofddocent Volksgezondheidswetenschappen aan de ULiège en co- rapporteur van dit advies. Om een herhaling van een dergelijke situatie te voorkomen of in ieder geval de impact ervan te verzachten, formuleren de experts van de commissie een reeks functionele aanbevelingen, waaronder een betere opleiding en betere erkenning van het personeel van woonzorgcentra. Op het gebied van zorgmanagement en het uitrollen van een samenhangend zorgbeleid bevelen deskundigen aan om in woonzorgcentra een interprofessioneel team te vormen met daarin de coördinerend en raadgevend arts, in samenwerking met de huisarts en rekening houdend met de rechten van bewoners (in het bijzonder de vrije keuze van zorgverlener), maar ook op basis van ervaringen in het veld, de inbreng van een geriater, een psychiater, een neuroloog, een tandarts, een psycholoog, een apotheker en een vertegenwoordiger van een palliatief team. Met name de aanwezigheid van een psychiater of psycholoog zou het ook mogelijk maken om te adviseren en bij te dragen aan de opleiding van medewerkers in de geestelijke gezondheidszorg. Er moet ook werk gemaakt worden van bemiddeling, zegt Jacinthe Dancot. "Mensen die in woonzorgcentra wonen, familieleden en leden van het verplegend en niet-verplegend personeel moeten worden betrokken bij de beslissingen die worden genomen en samen kunnen nadenken over hoe om te gaan met de moeilijkheden die zich voordoen. Zulke participatieve managementmodellen bestaan overigens al." "Een manier om de situatie te verbeteren, is door te kijken naar ervaringen met participatie, zoals het Zweedse 'Tubbe', een model voor het beheer van verpleeghuizen dat de bewoners centraal stelt bij beslissingen, zowel individueel als collectief. Dat model bestaat al in verschillende Belgische woonzorgcentra", zegt Jacinthe Dancot. "We denken aan een persoon in de instelling die officieel verantwoordelijk zou zijn voor deze taak, om situaties of attitudes te vermijden in strijd met elke beroepsethiek. In die geest zou een onafhankelijke bemiddelaar voor patiëntenrechten verplicht kunnen worden gesteld in woonzorgcentra, zoals dat nu al is in ziekenhuizen en psychiatrische instellingen."