...

Sinds 1 januari is elk ziekenhuis wettelijk verplicht om deel uit te maken van een locoregionaal ziekenhuisnetwerk. Dat betekent uiteraard niet dat nu alles als bij toverslag geregeld is. Vaak integendeel. Om de overgang voor te bereiden, nam het Vlaamse netwerk van zorgvoorzieningen Zorgnet-Icuro het consultancybureau Möbius onder de arm.In 2019 kwamen werkgroepen samen om te praten over diverse domeinen - BTW-regeling, HR, artsen, ziekenhuisapotheek.... Ook de plaats van de labo's klinische biologie in het kader van het ziekenhuisnetwerk kwam aan bod. Strikt genomen horen labo's pathologische anatomie hier niet bij maar de nota kan, zo luidt het althans, ook een basis vormen voor deze discipline.Het rapport stelt vast dat er geen 'brandend platform' is om veranderingen door te voeren. De ziekenhuislabo's klinische biologie zijn financieel gezond. Toch voelt het werkveld een steeds grotere behoefte aan subspecialisatie en expertise verdieping.De belangrijkste reden om labo's te integreren is dan ook het potentieel voor kwaliteitsverbetering. Tevens maakt schaalvergroting een versterkte samenwerking tussen de eerste en tweede lijn mogelijk. "Het is relevant", zo stelt de nota, "om naast aanvragen van opgenomen patiënten ook andere aanvragers te bedienen." Concreet denkt men dan aan het uitvoeren van analyses voor huisartsenpraktijken en -wachtposten, externe specialisten, wijkgezondheidscentra, WZC's, revalidatie en psychiatrische ziekenhuizen. Dat gebeurt nu ook al in beperkte mate.Meer automatisatiemogelijkheden creëren, kan het aantal menselijke fouten minimaliseren. Integratie biedt opportuniteiten om verregaand te specialiseren en speerpunten te creëren. Subspecialisatie draagt bij tot een hogere jobtevredenheid terwijl schaalvergroting de back-up-mogelijkheden vergroot. De klok rond expertise ter beschikking stellen, wordt eenvoudiger. Tevens vermindert de doorlooptijd vermits het over grotere volumes stalen zal gaan en omdat niet-dringende analyses kunnen uitgevoerd worden.Een bedrijfseconomische optimalisatie is mogelijk al dient men op te letten met een "eventuele zorgverplaatsing in het netwerk". Labo's hangen immers af van het gedrag van de voorschrijvende artsen qua aantal aanvragen, ligdagen, opnames enz.Uiteraard is het niet al goud wat blinkt. Zo kan de stijgende complexiteit van de organisatie leiden tot meer beheer en overleg en tot zwaardere beslissingsprocessen. En uiteraard zorgt fysieke centralisatie voor bijkomende kosten voor het stalentransport.Volgens deze studie wegen de additionele kosten 'in het algemeen' echter niet op tegen mogelijke efficiëntiewinsten door automatisatie en centralisatie. Het addertje onder het gras is dat er 'onmiddellijk' investeringen nodig zijn terwijl de voordelen zich pas op (middel)lange termijn manifesteren. Nog een keerzijde is het mogelijke ontstaan van een 'sociaal passief', medewerkers die niet meer in de vernieuwde organisatie kunnen ingeschakeld worden.Bovendien noteert het rapport dat klinisch biologen zich geregeld zullen dienen te verplaatsen tussen de ziekenhuizen. Daardoor gaat tijd verloren. De rol van de bioloog verschuift van back- naar frontoffice omdat nabijheid belangrijk is voor de aanvragende artsen. "Er zijn duidelijke aanspreekpunten nodig op elke site en de relatie met de aanvragende artsen moet behouden blijven." Idem dito voor de 'noodzakelijke linken tussen verschillende subspecialisaties'. Medewerkers dienen ook steeds op de hoogte te blijven van het bredere werkveld. Tot slot wordt aangestipt dat het verrekenen van kosten en opbrengsten naar de verschillende partijen complex en tijdsintensief kan zijn.