In het algemeen werden ziekenhuizen de voorbije maanden door quarantaine, ziekte of burn-out geregeld geconfronteerd met extra tekorten aan verpleegkundigen. Vacatures raakten niet ingevuld, verpleegeenheden en ziekenhuisprogramma's moesten geregeld tijdelijk dicht. Heel wat hoofdverpleegkundigen zaten tussen twee vuren en moesten kiezen tussen de pest - geen personeel- en de cholera - personeel zonder de juiste competenties.

Gelukkig is er ook positief nieuws. Voor het eerst sinds jaren is er weer meer interesse in de opleiding verpleegkunde. De instroom in het eerste jaar bachelor steeg. Concrete cijfers over de uitstroom ontbreken evenwel.

Afgeschaft

Ook de kinderafdelingen kampen met een tekort aan (kinder)verpleegkundigen. Dat is evenwel niet enkel toe te schrijven aan het algemene tekort aan verpleegkundigen. Een bijkomende reden is de afschaffing van de BanaBa vervolgopleiding kinderverpleegkunde in 2016 door toenmalig Vlaams minister voor onderwijs Hilde Crevits (CD&V).

In de plaats kwam een vernieuwde generieke bacheloropleiding verpleegkunde die - om te voldoen aan de Europese regelgeving omtrent de basisopleiding - vier in plaats van drie jaar duurde. Tegelijk gingen gespecialiseerde vervolgopleidingen zoals kinderverpleegkunde voor de bijl. De specialisatie werd vervat in een kleine module binnen de nieuwe generieke opleiding. De modules zijn echter zo beperkt dat ze onmogelijk tot voldoende expertise en competentie kunnen leiden.

In Vlaanderen kan men via een postgraduaat wel nog een bijzondere beroepstitel 'pediatrie en neonatologie' halen. Deze opleidingen zijn echter veel duurder dan de BanaBa en leiden achteraf ook niet tot een betere verloning.

Aanbod geschrapt

Op federaal niveau beperkt het nieuwe verloningsmodel voor verpleegkundigen (IFIC) heel wat erkenningen. Het loon van de meeste gespecialiseerde verpleegkundigen is na vijf jaar studie hetzelfde als dat van zij-instromers of van bachelors die drie of vier jaar studeerden. Daardoor kiezen steeds minder studenten voor een vervolgopleiding kinderverpleegkunde. Waardoor hogescholen door het gebrek aan kandidaten op hun beurt schrapten in het aanbod. Momenteel kan men de opleiding pediatrie & neonatologie nog slechts op twee plaatsen in Vlaanderen volgen.

Daarom geeft de beroepsvereniging van kinderverpleegkundigen (VVKV) samen met andere beroepsorganisaties input aan de koepelorganisaties om een sterk voorstel uit te werken naar het beleid toe. De rode draad doorheen de opleiding is daarbij het transmurale traject voor de zorg van het kind. Verschillende modules implementeren dan ook psychosociale, preventieve en transmurale aspecten.

Wallonië heeft overigens wel nog een erkende en gefinancierde BanaBA opleiding kinderverpleegkunde. Voorlopig daalt de instroom van studenten er niet. Aangezien het federale niveau besliste dat deze erkenning niet meer tot een hogere verloning leidt, is de vraag: hoe lang nog?

Zorgprogramma

VVK en VVKV stellen vast dat ziekenhuisdirecties geen grote voorstander zijn van te verregaande specialisaties binnen de verpleegkunde. Ze verkiezen multi-inzetbaar personeel. Nochtans vereist het zorgprogramma pediatrie minimaal 75% verpleegkundigen met een beroepstitel 'pediatrie'. Per shift moet er trouwens minstens één kinderverpleegkundige aanwezig zijn. Door de specifieke opleiding te schrappen wordt het in Vlaanderen steeds moeilijker om aan de juiste kwalitatieve zorg en competenties van de betrokken verpleegkundigen te voldoen.

Nochtans staat deze wettelijke kwalificatie in het zorgprogramma pediatrie er niet zomaar. Kinderen zijn geen 'kleine volwassenen' maar zijn lichamelijk, psychisch en op sociaal vlak in volle ontwikkeling. Elke leeftijdscategorie heeft bovendien aparte noden en specifieke ziektebeelden. Toch moeten we constant strijden en voor hun rechten opkomen.

Ook dit maakte de coronacrisis pijnlijk duidelijk. Hoe vaak werden in maatschappelijke discussies levens- en ontwikkelingsbelangrijke noden van jongeren - onderwijs en vrijetijdsbesteding bijvoorbeeld - ongenuanceerd in de weegschaal gelegd? Enkel om de economie draaiende te houden... De gevolgen voor de ontwikkeling en het algemeen welzijn van kinderen zijn al veelvuldig aangehaald. Gelukkig verdedigden kinderartsen, kinderverpleegkundigen, kinderpsychiaters en kinderpsychologen binnen de Belgian Paediatric Task Force op het achterplan de belangen van de kinderen.

Specifieke vaardigheden

Kinderen in ziekenhuizen hebben recht op veilige en kwaliteitsvolle zorg. Dat betekent niet alleen aangepaste infrastructuur en materiaal maar vooral en in de eerste plaats een aangepaste medische én verpleegkundige aanpak. Die aanpak richt zich zowel naar het kind als naar het gezin en impliceert ook psychologische en sociale ondersteuning. Verpleegkundige zorg voor een pasgeborene, een zuigeling, een kleuter, een schoolgaand kind of een adolescent onderscheidt zich sterk van de zorg voor volwassenen of ouderen. Het vereist specifieke vakkennis, een specifieke aanpak én specifieke vaardigheden en technieken. Ook de begeleiding van de ouders van zieke kinderen vraagt bijzondere aandacht en competentie.

Het loon van de meeste gespecialiseerde verpleegkundigen is na vijf jaar studie hetzelfde als dat van zij-instromers of van bachelors die drie of vier jaar studeerden

In die context voerden de Vlaamse Vereniging voor Kinderverpleegkundigen (VVKV) en de kinderartsen het voorbije jaar verkennende gesprekken met het federale kabinet Volksgezondheid en het Vlaams kabinet Onderwijs. We pleiten ervoor om in 2022 opnieuw te ijveren voor een goede opleiding kinderverpleegkunde zodat kinderen, ongeacht hun leeftijd, adequate en veilige zorg kunnen blijven krijgen.

Namens het VVK-bestuur: Ann Bael, voorzitter, An De Guchtenaere, ondervoorzitter en Philippe Alliet, ondervoorzitter (auteur)

Namens het VVKV-bestuur: Caroline Dolieslager, voorzitter, Tom Luyckx, Dries Neyrinck en Jeroen Verlinden

In het algemeen werden ziekenhuizen de voorbije maanden door quarantaine, ziekte of burn-out geregeld geconfronteerd met extra tekorten aan verpleegkundigen. Vacatures raakten niet ingevuld, verpleegeenheden en ziekenhuisprogramma's moesten geregeld tijdelijk dicht. Heel wat hoofdverpleegkundigen zaten tussen twee vuren en moesten kiezen tussen de pest - geen personeel- en de cholera - personeel zonder de juiste competenties. Gelukkig is er ook positief nieuws. Voor het eerst sinds jaren is er weer meer interesse in de opleiding verpleegkunde. De instroom in het eerste jaar bachelor steeg. Concrete cijfers over de uitstroom ontbreken evenwel. Ook de kinderafdelingen kampen met een tekort aan (kinder)verpleegkundigen. Dat is evenwel niet enkel toe te schrijven aan het algemene tekort aan verpleegkundigen. Een bijkomende reden is de afschaffing van de BanaBa vervolgopleiding kinderverpleegkunde in 2016 door toenmalig Vlaams minister voor onderwijs Hilde Crevits (CD&V). In de plaats kwam een vernieuwde generieke bacheloropleiding verpleegkunde die - om te voldoen aan de Europese regelgeving omtrent de basisopleiding - vier in plaats van drie jaar duurde. Tegelijk gingen gespecialiseerde vervolgopleidingen zoals kinderverpleegkunde voor de bijl. De specialisatie werd vervat in een kleine module binnen de nieuwe generieke opleiding. De modules zijn echter zo beperkt dat ze onmogelijk tot voldoende expertise en competentie kunnen leiden. In Vlaanderen kan men via een postgraduaat wel nog een bijzondere beroepstitel 'pediatrie en neonatologie' halen. Deze opleidingen zijn echter veel duurder dan de BanaBa en leiden achteraf ook niet tot een betere verloning. Op federaal niveau beperkt het nieuwe verloningsmodel voor verpleegkundigen (IFIC) heel wat erkenningen. Het loon van de meeste gespecialiseerde verpleegkundigen is na vijf jaar studie hetzelfde als dat van zij-instromers of van bachelors die drie of vier jaar studeerden. Daardoor kiezen steeds minder studenten voor een vervolgopleiding kinderverpleegkunde. Waardoor hogescholen door het gebrek aan kandidaten op hun beurt schrapten in het aanbod. Momenteel kan men de opleiding pediatrie & neonatologie nog slechts op twee plaatsen in Vlaanderen volgen. Daarom geeft de beroepsvereniging van kinderverpleegkundigen (VVKV) samen met andere beroepsorganisaties input aan de koepelorganisaties om een sterk voorstel uit te werken naar het beleid toe. De rode draad doorheen de opleiding is daarbij het transmurale traject voor de zorg van het kind. Verschillende modules implementeren dan ook psychosociale, preventieve en transmurale aspecten. Wallonië heeft overigens wel nog een erkende en gefinancierde BanaBA opleiding kinderverpleegkunde. Voorlopig daalt de instroom van studenten er niet. Aangezien het federale niveau besliste dat deze erkenning niet meer tot een hogere verloning leidt, is de vraag: hoe lang nog? VVK en VVKV stellen vast dat ziekenhuisdirecties geen grote voorstander zijn van te verregaande specialisaties binnen de verpleegkunde. Ze verkiezen multi-inzetbaar personeel. Nochtans vereist het zorgprogramma pediatrie minimaal 75% verpleegkundigen met een beroepstitel 'pediatrie'. Per shift moet er trouwens minstens één kinderverpleegkundige aanwezig zijn. Door de specifieke opleiding te schrappen wordt het in Vlaanderen steeds moeilijker om aan de juiste kwalitatieve zorg en competenties van de betrokken verpleegkundigen te voldoen. Nochtans staat deze wettelijke kwalificatie in het zorgprogramma pediatrie er niet zomaar. Kinderen zijn geen 'kleine volwassenen' maar zijn lichamelijk, psychisch en op sociaal vlak in volle ontwikkeling. Elke leeftijdscategorie heeft bovendien aparte noden en specifieke ziektebeelden. Toch moeten we constant strijden en voor hun rechten opkomen. Ook dit maakte de coronacrisis pijnlijk duidelijk. Hoe vaak werden in maatschappelijke discussies levens- en ontwikkelingsbelangrijke noden van jongeren - onderwijs en vrijetijdsbesteding bijvoorbeeld - ongenuanceerd in de weegschaal gelegd? Enkel om de economie draaiende te houden... De gevolgen voor de ontwikkeling en het algemeen welzijn van kinderen zijn al veelvuldig aangehaald. Gelukkig verdedigden kinderartsen, kinderverpleegkundigen, kinderpsychiaters en kinderpsychologen binnen de Belgian Paediatric Task Force op het achterplan de belangen van de kinderen. Kinderen in ziekenhuizen hebben recht op veilige en kwaliteitsvolle zorg. Dat betekent niet alleen aangepaste infrastructuur en materiaal maar vooral en in de eerste plaats een aangepaste medische én verpleegkundige aanpak. Die aanpak richt zich zowel naar het kind als naar het gezin en impliceert ook psychologische en sociale ondersteuning. Verpleegkundige zorg voor een pasgeborene, een zuigeling, een kleuter, een schoolgaand kind of een adolescent onderscheidt zich sterk van de zorg voor volwassenen of ouderen. Het vereist specifieke vakkennis, een specifieke aanpak én specifieke vaardigheden en technieken. Ook de begeleiding van de ouders van zieke kinderen vraagt bijzondere aandacht en competentie. In die context voerden de Vlaamse Vereniging voor Kinderverpleegkundigen (VVKV) en de kinderartsen het voorbije jaar verkennende gesprekken met het federale kabinet Volksgezondheid en het Vlaams kabinet Onderwijs. We pleiten ervoor om in 2022 opnieuw te ijveren voor een goede opleiding kinderverpleegkunde zodat kinderen, ongeacht hun leeftijd, adequate en veilige zorg kunnen blijven krijgen.